Plan: | Bedrijventerrein Agrobaan fase 3 Ysselsteyn |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0984.BP11014-va01 |
Artikel 3.2.1 van het Besluit ruimtelijke ordening bepaalt dat in de toelichting van bestemmingsplannen dient te worden beschreven op welke wijze bij de planontwikkeling rekening is gehouden met de gevolgen van het plan voor de waterhuishouding.
Waterhuishouding
Het maaiveld ligt op circa 30,8 m+NAP (AHN). Uit boringen van dinoloket van TNO-NITG blijkt dat de bovengrond tot circa 20 m+NAP bestaat uit matig fijn zand van de formatie van Boxtel. Hieronder is de formatie van Beegden gelegen tot circa 14 m+NAP bestaande uit grof grindig zand. De freatische grondwaterstroming is noordwestelijk gericht. Uit de peilbuizen van TNO-NITG en de kaart met de freatische grondwaterstand blijkt dat de grondwaterstand tussen 28 en 30 m+NAP fluctueert.
Nieuwe ontwikkelingen op het bedrijventerrein dienen het vuile en schone water bij de bron te scheiden. Het vuile water dient te worden aangesloten op de vuilwaterleiding in openbaar gebied. Het terreinwater dient te worden aangesloten op de hemelwaterleiding op openbaar gebied. Voor het dakwater zijn twee mogelijkheden. De daken kunnen afwateren naar de hemelwaterriolering van het plan en in de openbare voorziening worden geïnfiltreerd. In het verbeterd gescheiden stelsel is rekening gehouden met een pompovercapaciteit van 0,1 mm naar het rioolstelsel.
Het bedrijventerrein wordt bijna volledig verhard met een verhard oppervlak van 28.000 m2. Conform de huidige beleidslijnen van waterschap Peel en Maasvallei dient in het plangebied voldoende capaciteit aanwezig te zijn om een neerslaggebeurtenis van eens per 10 jaar op te vangen (50 mm in 27,3 uur). Daarnaast dient een neerslaggebeurtenis van eens per 100 jaar (63 mm) geen wateroverlast te veroorzaken ter plaatse van de bebouwing. In onderstaande tabel is de benodigde berging voor fase 3 weergegeven.
Oppervlakte [m2] |
Benodigde berging T=10 (50 mm) [m3] |
Benodigde berging T=100 (63 mm) [m3] |
|
28.000 | 1.400 | 1.680 |
Een hemelwatervoorziening met een oppervlakte van 500 m2 is gepland aan de noordoostzijde en een voorziening met een oppervlak van 2300 m2 aan de zuidwestzijde. Uitgangspunt is een waterbergende schijf van circa 0,5 meter in een T=10 situatie. De voorziening dient uitgevoerd te worden met een leegloopvoorziening boven de GHG met een capaciteit van 1 l/s/ha (5,5 l/s) naar de naast gelegen watergang. De exacte dimensionering van de hemelwatervoorziening wordt in een later stadium uitgewerkt.
Op de inrichtingsschets die als bijlage 1 is bijgevoegd zijn de locaties voor de hemelwatervoorziening weergegeven.
Waterkwaliteit
Omdat het hemelwater geïnfiltreerd wordt, is het van belang de waterkwaliteit te bewaken. Het eerste vervuilde water dat tot afstroom komt, First flush, wordt door het verbeterd gescheiden stelsel afgevoerd naar de zuivering. Het overige hemelwater is aan te merken als schoon en kan rechtstreeks naar de infiltratievoorziening. Indien het terreinwater op een infiltratievoorziening op eigen terrein wordt aangesloten, dient dit via een bodempassage te gebeuren. In de bodempassage worden de verontreinigingen afgevangen.
Daarnaast is het van belang om de goede waterkwaliteit te behouden door geen uitloogbare materialen (lood, koper, zink) te gebruiken in de bebouwing of op openbaar gebied. Autowasplaatsen dienen te worden aangesloten op de vuilwaterleiding van het rioolstelsel. Verder dient het gebruik van chemische onkruidbestrijdingsmiddelen zo veel mogelijk beperkt te worden.
Wateradvies
Het Waterschap heeft per brief d.d. 6 juni 2011 met kenmerk ka/menno/wt/2011.10702 laten weten een positief wateradvies af te geven, onder de voorwaarden dat een beschermingszone conform de Keur wordt opgenomen voor de Ysselsteynse Loop die aan een deel van het plangebied grenst.