direct naar inhoud van 2.1 Rijksbeleid
Plan: Bedrijventerrein Agrobaan Ysselsteyn
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0984.BP09020-Va01

2.1 Rijksbeleid

2.1.1 Nota Ruimte

De Nota Ruimte (Ministerie van VROM, april 2004) bevat de visie van het kabinet op de ruimtelijke ontwikkeling van Nederland. De nota bevat de ruimtelijke bijdrage aan een sterke economie, een veilige en leefbare samenleving en een aantrekkelijk land. De Nota Ruimte is een strategische nota op hoofdlijnen waarin rijksverantwoordelijkheden en die van anderen helder zijn onderscheiden. Dit geeft invulling aan het motto ‘decentraal wat kan, centraal wat moet’. Hiermee sluit het kabinet aan bij de eigenlijke uitgangspunten van het ruimtelijk beleid, die onder meer tot uiting komen in het decentrale planningsstelsel (met een centrale rol voor de gemeentelijke bestemmingsplannen).

Het Rijk stelt dat provincies en gemeenten verantwoordelijk zijn voor een voldoende en tijdige beschikbaarheid van ruimte voor wonen en werken en de daarbij behorende voorzieningen. Voor de korte termijn is het nodig voldoende capaciteit beschikbaar te hebben in bestemmingsplannen, zodat de realisatie aan de maatschappelijke vraag kan voldoen. De concrete invulling laat het Rijk over aan de lagere overheden.

Wat betreft de leefbaarheid van dorpen en steden wordt in de Nota Ruimte aangegeven dat bundeling van verstedelijking en economische activiteiten gewenst is. Dit betekent concreet dat nieuwe bebouwing grotendeels geconcentreerd tot stand moet komen. De beschikbaarheid van voldoende bedrijventerreinen van de juiste kwaliteit, is van essentieel belang voor de kracht van steden en hun stedelijke vestigingsklimaat. Daarbij wordt in de Nota Ruimte opgemerkt dat bedrijventerreinen bovendien nodig zijn voor een duurzame economische groei. Wat betreft het locatiebeleid voor bedrijven en voorzieningen hebben provincies en gemeenten derhalve een gezamenlijke opgave te zorgen voor een marktgericht aanbod van werklocaties. In de Nota Ruimte wordt de verwachting uitgesproken dat tot en met het jaar 2020 nog ruim 23.000 hectare aan nieuwe bedrijventerreinen nodig is. Voorliggend plan voorziet niet in de aanleg van een nieuw bedrijventerrein. Door een flexibelere bestemmingsregeling te introduceren, welke beter is afgestemd op de bestaande vestigingsvraag, beoogt het plan slechts de vestigingsmogelijkheden op het bestaande bedrijventerrein te verbeteren. Het plan draagt derhalve bij aan het instandhouden en onderhouden van de reeds aanwezige bedrijventerreinen in de provincie Limburg. De Nota Ruimte kent verder geen specifieke aandachtspunten ten aanzien van voorliggend plangebied.