direct naar inhoud van Artikel 3 Bedrijf
Plan: Puttenweg 67 Ysselsteyn
Status: vastgesteld
Plantype: projectbesluit
IMRO-idn: NL.IMRO.0984.PRB09026-va01

Artikel 3 Bedrijf

3.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Bedrijf' aangewezen gronden zijn, overeenkomstig de aanduidingen op de verbeelding, bestemd voor de uitoefening van bedrijfsactiviteiten behorende tot bedrijven in milieucategorie 1, 2 en 3, met daarbij behorende gebouwen, bouwwerken geen gebouw zijnde, verhardingen, tuinen, erven, terreinen en parkeervoorzieningen, met dien verstande dat inrichtingen vallend onder de categorieën genoemd in artikel 2.4 van het Inrichtingen en Vergunningen Besluit van de Wet milieubeheer zijn uitgezonderd;

met daarbij behorende gebouwen, bouwwerken, geen gebouwen zijnde, verhardingen, groen-, nuts- en parkeervoorzieningen en in het bijzonder voor zover aangeduid op de verbeelding:

  • a. een bedrijfswoning, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding "bedrijfswoning" (bw) waarbij de bijbehorende tuin binnen het bouwvlak dient te zijn gelegen;
  • b. overige niet-agrarische bedrijven, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding "specifieke vorm van bedrijf - overige niet-agrarische bedrijven" (sb-ove). De volgende bedrijven zijn toegestaan:
    Overige bedrijven (sb-ove)   - lasbedrijf
    - constructiewerkplaats  
  • c. detailhandelsactiviteiten, mits direct gerelateerd aan de bedrijfsfunctie tot een maximum vloeroppervlakte van 100 m²

met dien verstande dat parkeren op eigen terrein dient plaats te vinden;

3.2 Bouwregels

3.2.1 Algemeen

Op de voor 'Bedrijf' aangewezen gronden mogen enkel bouwwerken ten dienste van de bestemming worden gebouwd, met dien verstande dat:

  • a. gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, uitsluitend zijn toegestaan binnen het bouwvlak, met uitzondering van erf- en terreinafscheidingen, welke binnen het gehele bestemmingsvlak zijn toegestaan;
  • b. de in de planregels aangeduide maximale bebouwingsoppervlakte, alsmede de aangegeven goot- en bouwhoogte mogen niet worden overschreden, met dien verstande dat het maximale bebouwingsoppervlak niet van toepassing is op de bedrijfswoning(en);
  • c. ter plaatse van de aanduiding "bedrijfswoning"(bw) één bedrijfswoning is toegestaan;
  • d. bouwwerken mogen niet voor de voorgevelrooilijn gebouwd worden, met uitzondering van pergola's/tuinmeubilair;


3.2.2 Bedrijf

Voor de bouwwerken behorend tot het niet-agrarische bedrijf gelden de volgende eisen, tenzij anders op de verbeelding weergegeven:

  • a. bedrijfsgebouwen:
    goothoogte   max. 5,7m  
    bouwhoogte   max. 7.1m  
    dakhelling   min. 12 º , tenzij anders op de verbeelding weergegeven, met uitzondering van ondergeschikte bouwdelen (tussenlid, kleine, lage aanbouwen etc.), waarvoor een
    dakhelling van 0 º is toegestaan.  
    afstand tot de zijdelingse perceelsgrens   min. 5m  
    afstand tussen twee bedrijfsgebouwen   max. 20m  
    afstand tot de bestemming Verkeer - Wegverkeer   min. 10m  
    bebouwingsoppervlakte   max 1207m²  
  • b. bedrijfswoningen:
    inhoud, inclusief bijgebouwen t.b.v. het wonen   max. 1075m³ voor zover het bouwvlak het toelaat  
    goothoogte   max. 4,5m  
    dakhelling   min. 12 º  
    afstand tot de zijdelingse perceelsgrens   min. 5m  
    afstand tot de bestemming Verkeer - Wegverkeer   min. 10m  
  • c. bijgebouwen bij de bedrijfswoning:
    goothoogte   max. 3,0m  
    dakvorm en -helling   afgestemd op dakvorm en –helling bedrijfswoning  
    afstand tot de zijdelingse perceelsgrens   min. 5m  
  • d. bouwwerken, geen gebouwen zijnde:
      bouwhoogte  
    erf- en terreinafscheidingen, achter de voorgevelrooilijn   max. 2m  
    overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde   max. 3m  
    afstand tot de bestemming Verkeer - Wegverkeer   min. 10m  
  • e. ondergeschikte bouwdelen wat betreft hoogte en verschijningsvorm en uitgezonderd zijn van het gestelde onder artikel 3.2.2 sub a tot en met d;
  • f. bij bedrijfswoningen mogen bijgebouwen binnen een omtrek van 15 m van de achter- en zijgevels van de woning worden gebouwd (mits gelegen in het bouwvlak), met dien verstande dat voor de voorgevel geen bijgebouwen mogen worden opgericht;
  • g. binnen de fundering van de woning en/of het bijgebouw bij de woning is het ondergronds bouwen van menstoegankelijke ruimten ter vergroting van het woongenot toegestaan, mits deze ruimte(n) uitsluitend van binnenuit toegankelijk zijn en geen ruimtelijke uitstraling hebben;

3.3 Ontheffing van de bouwregels

Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in:

  • a. het bepaalde in 3.1 onder a en toestaan dat een bedrijfswoning wordt opgericht buiten het aanduidingsvlak "bedrijfswoning"(bw) onder de volgende voorwaarden:
    • 1. sprake is van een goede milieuhygiënische uitvoerbaarheid;
    • 2. de regels in artikel 3.2.2 van de planregels in acht genomen worden.
  • b. Het bepaalde in 3.2.2 onder b en een goothoogte van maximaal 6 m toestaan onder de voorwaarde dat sprake is van een goede landschappelijke inpassing.